Page 145 - Demo
P. 145


                                    conclusie1436De eerste onderzoeksvraag luidde: Verschilt de schoolcultuur als het gaat om opvattingen, waarden en normen van docenten in de diverse loopbaanfasen op scholen met een uitgesproken schoolvisie van die van reguliere scholen? Zo ja: maakt het uit waarop de visie is gebaseerd in termen van levensbeschouwing en/of pedagogischdidactische opvattingen? We definieerden schoolcultuur als het geheel van gangbare opvattingen, waarden en normen in een school, die tot uitdrukking komen in gedrag: handelingen, routines en rituelen (Maslowski, 2001) en we richtten ons bij deze eerste onderzoeksvraag op het ‘onzichtbare’ deel van cultuur: opvattingen, waarden en normen. In dit promotieonderzoek gaat het daarbij – op basis van de theorie over schoolcultuur als professionele leergemeenschap – om gedeelde schoolvisie, om gedeelde waarden en opvattingen en om onderling vertrouwen tussen docenten. We beantwoorden eerst de vraag of er verschillen zijn tussen scholen en specificeren daarna verschillen tussen loopbaanfasen.Allereerst is op scholen met een uitgesproken visie de mate van gedeelde schoolvisie groter dan op reguliere scholen zonder uitgesproken visie. Dat bleek aanvankelijk uit de verkennende studie in hoofdstuk 3 van dit proefschrift, waarin docenten van de vrijeschool meer dan docenten van de reguliere school aangaven dat ze de visie van de school delen, omdat deze past bij hun eigen waarden en overtuigingen (Skaalvik & Skaalvik, 2011). Bijna alle geïnterviewde vrijeschooldocenten vertelden dat zij zich identificeren met de antroposofische visie van de school en het feit dat de school als doel heeft om leerlingen te laten “worden wie ze zijn”. Ze onderschrijven de vrijeschooldidactiek, waarvoor de drieslag van ‘denken, voelen en willen’ (ook wel ‘hoofd, hart en handen’ genoemd) de basis vormt. Het delen van de schoolvisie gaat daarmee op de vrijeschool verder dan “just agreeing with a good idea” (Isaacson & Bamburg, 1992, p. 42). Op de reguliere school leek het delen van de schoolvisie door enkele docenten meer op deze typering van Isaacson en Bamburg (1992). In de kwantitatieve vervolgstudies vonden we een bevestiging voor de resultaten van de kwalitatieve studie en daarbij bleek dat het voor gedeelde schoolvisie niet uitmaakt of de uitgesproken visie gebaseerd is op levensbeschouwing en/of op pedagogischdidactische opvattingen: de verschillen tussen reguliere scholen enerzijds en vrijescholen, gereformeerde scholen en traditionele vernieuwingsscholen anderzijds waren significant als het gaat om de mate waarin de schoolvisie wordt gedeeld. Als we specifiek kijken naar de perceptie van gedeelde schoolvisie van docenten uit verschillende loopbaanfasen, blijkt uit de analyses in hoofdstuk 4 dat dat docenten in de ‘midlife’ van hun loopbaan (15-24 jaar werkervaring) op traditionele vernieuwingsscholen (met een uitgesproken pedagogisch-didactische visie) en op Ester Moraal.indd 143 22-09-2023 16:13
                                
   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149