Page 376 - Demo

Chapter 14374oppervlaktebehandelingstechnieken besproken om te bepalen of de huidige materialen kunnen worden verbeterd. We concluderen dat het gebruik van titanium de voorkeur verdient boven kobalt-chroomlegeringen en dat bij de articulerende oppervlakken het gebruik van metaalUHMWPE superieur is aan metaal -metaal . We concluderen ook dat de eigenschappen van titanium verder kunnen worden verbeterd door het gebruik van oppervlaktemodificatietechnieken.Het 4e hoofdstuk vergelijkt de werkzaamheid van een patiënt-specifieke kaakgewrichtsprothese, met deze van een standaard prothese. Er worden een systematisch literatuuronderzoek en meta-analyse uitgevoerd, waarbij de maximale mondopening, pijn en dieet geanalyseerd worden. Hoewel er geen significant verschil tussen de twee types implantaten aangetoond kan worden, worden er wel verschillende verstorende factoren gevonden en besproken. Het gebrek aan beoordeling van ernst van de pathologie, vertekening van gepoolde gegevens en verminderde operatietijd worden waargenomen en toegelicht. Bovendien wordt bij de statistische analyse geen rekening gehouden met bepaalde voordelen van het gebruik van patiënt-specifieke implantaten. We concluderen dat, ondanks de hogere kosten van een op maat gemaakte gewrichtsprothese, het gebruik van dit type prothese toelaat om een optimale positionering van de schroeven te bekomen. Hierdoor wordt het risico op schade aan de n. alveolaris inferior en n. facialis verminderd, wat de noodzaak van een tweede corrigerende operatie kan voorkomen.Na het bepalen van de juiste materialen die voor implantatie moeten worden gebruikt, evenals het feit dat het prothetische ontwerp uit twee componenten moet bestaan en het beste kan worden ontworpen als een patiënt-specifiek implantaat, bespreken de volgende 4 hoofdstukken de ontwikkeling en bevindingen van een diermodelexperiment, waarbij in totaal veertien schapen werden gebruikt. Hiervan trad 1 proefdier op als controle, terwijl zeven schapen werden geïmplanteerd met een schaapspecifiek alloplastisch kaakgewricht dat geen oppervlaktemodificatie onderging. Deze groep werd vervolgens vergeleken met zes schapen die werden geïmplanteerd met een prothese waarvan de condylaire component een oppervlaktemodificatie onderging, Nikolas de Meurechy NW.indd 374 05-06-2024 10:15