Page 260 - Demo
P. 260


                                    Appendices258Interessant is dat hun gezichtsmimicry minder sterk verband hield met het nauwkeurig herkennen van sommige uitdrukkingen. Bij hogere autistische kenmerken en mogelijk ook bij autisme lijkt lichamelijke feedback dus minder bij te dragen aan het begrijpen van de emoties van anderen. Deze verschillen werden niet waargenomen met betrekking tot sociale angstkenmerken. Wanneer mensen hogere (versus lagere) sociale angstkenmerken hadden, onderschatten ze echter hoe goed ze uitdrukkingen in alle emoties herkenden. Dit kan te wijten zijn aan algemene negatieve overtuigingen die mensen met sociale angst kunnen hebben over hun sociale vaardigheden, waardoor hun oordeel op dat moment wordt be%u00efnvloed. Deze negatief vooringenomen oordelen kunnen vervolgens negatieve overtuigingen versterken, waarbij deze vicieuze cirkel het in stand houden van sociale angst bevordert.In mijn volgende hoofdstuk wilde ik inzoomen op een vermogen dat, zelfs intu%u00eftief, relevant lijkt bij de integratie van lichamelijke feedback bij het begrijpen van andermans emoties. Ik onderzocht of interoceptie %u2013 het vermogen om interne lichamelijke signalen waar te nemen %u2013 een rol speelt bij verschillen in de interpretatie van de emotionele gezichtsuitdrukking van anderen. Ik heb me in hoofdstuk 5 gericht op de verschillen gerelateerd aan de niveaus van autistische kenmerken om twee redenen: Ten eerste leek gezichtsmimicry een zwakkere link te tonen met de manier waarop gezichtsemoties worden ge%u00efnterpreteerd door mensen met hogere niveaus van autistische kenmerken in hoofdstuk 4. Moeilijkheden bij interoceptie zijn ook vaak gedocumenteerd in de algemene autismeliteratuur. Er was dus een brede theoretische basis voor het onderzoek naar de rol van interoceptie bij de herkenning van gezichtsemoties. Ten tweede heb ik voor dit onderzoek gegevens verzameld op twee verschillende tijdstippen tijdens de Covid-19-pandemie. Die tijden werden tot op zekere hoogte overschaduwd door beperkingen en de angst voor besmetting. Omdat onze vragenlijst voor sociale angst gedeeltelijk de motivatie meet om mee te doen en je op je gemak te voelen bij sociale activiteiten, zijn zulke vragenlijsten tijdens de pandemie mogelijk geen goede weerspiegeling van de daadwerkelijke sociale angst. Als gevolg van een lockdown tijdens de pandemie vond het eerste experiment van dit hoofdstuk online plaats. Hierdoor konden we alleen zelfrapportages beoordelen over hoe nauwkeurig iemand hun interne signalen kan waarnemen, en kon ik gezichtsmimicry op de gepresenteerde uitdrukkingen niet beoordelen. Om een completer beeld te krijgen, voerde ik later een onderzoek uit in het 
                                
   254   255   256   257   258   259   260   261   262   263   264