Page 132 - kennis en praktijk in de gehandicaptenzorg
P. 132
6.1.2 Mijn Netwerk
Om het samenspel tussen kennis met een grote en een kleine k en de relatie met het omgaan met handelingsverlegenheid in de praktijk te kunnen onderzoeken, heb ik ge- zocht naar een situatie waar sprake is van een vraagstuk op het terrein van de verbin- ding tussen kennis en praktijk. Net als Nap heb ik deze deelstudie uitgevoerd in een praktijk waar ik zelf als professional bij betrokken ben. Daardoor ben ik ten opzichte van de andere betrokkenen bij dit deelonderzoek geen buitenstaander, maar iemand die betrokken is bij de ontwikkeling waarvan ook zij deel uitmaken.
Om de betekenis van het samenspel tussen kennis met een grote en een kleine k voor het omgaan met handelingsverlegenheid te beproeven, heb ik me gericht op de imple- mentatie van kennis in de vorm van een nieuwe werkwijze. Samen met medewerkers heb ik onderzocht wat de nieuwe werkwijze teweegbrengt en hoe zij daarmee omgaan, in hoeverre daarin handelingsverlegenheid bij hen en hun collega’s een rol speelt en welke betekenis het samenspel tussen kennis met een grote en een kleine k daarbij heeft.
De organisatie waar ik als stafmedewerker werkzaam ben, biedt ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking en hun verwanten op het terrein van wonen, logeren, dagbesteding, werk en opvoeding. De cliënten verschillen in de mate en aard van hun beperkingen van lichte tot meervoudige beperkingen. Daarnaast richt de or- ganisatie zich op alle leeftijden.
De nieuwe werkwijze heeft betrekking op de ondersteuning van volwassenen met een verstandelijke beperking die zelfstandig wonen, en wordt Mijn Netwerk genoemd. De aanleiding voor de nieuwe werkwijze zijn de veranderingen in de vraag van cliënten en in de organisatie en financiering van de zorg. Het doel is de zelfredzaamheid en deelname van mensen aan de samenleving te vergroten.
Mijn Netwerk bestaat uit verschillende vormen van ondersteuning. Eén daarvan is on- dersteuning op afstand. 24 uur per dag en zeven dagen per week kunnen cliënten via beeldbellen of telefonisch contact opnemen met een begeleider voor vragen of proble- men. Ook kan op deze manier op gezette tijden met een cliënt worden besproken hoe het met hem of haar gaat en kan de cliënt worden begeleid bij een specifieke onder- steuningsvraag, zoals het omgaan met psychische problemen of het structureren van de dag.
Daarnaast kunnen cliënten terecht op ontmoetingsplekken voor contact met andere mensen en gezelligheid. Deze gelegenheden zijn toegankelijk voor alle mensen in de buurt. De ontmoetingsplekken worden in principe georganiseerd samen met andere organisaties, zoals welzijnsorganisaties of andere aanbieders in de gehandicapten- zorg. Hier worden ook cursussen gegeven om samen met andere cliënten vaardighe- den te ontwikkelen, die hen helpen zo zelfstandig mogelijk te leven. Cursussen gaan bijvoorbeeld over het omgaan met geld, het zoeken van werk en het huishouden.
Tot slot bestaat Mijn Netwerk uit ondersteuning door een ambulant begeleider. Voor- heen deed deze de hele ondersteuning van cliënten. Bij de meeste cliënten blijft de ambulant begeleider wel betrokken, maar door de nieuwe werkwijze verandert zijn of
134