Page 25 - To keep a balance in disease specific intestinal insufficiency. Diagnostics and practical nutritional aspects - Nicolette Wierdsma
P. 25

Tabel 1: Antropometrische gegevens patiënt A en B
44 1,78
17,7 38 2
58
50 15,8
7,9
14 (1 mnd) 21 (6 mnd)
18,3
Case-study
Patiënt
Jaartal
Leeftijd (in jaren)
Lengte (in m)
Gewicht (in kg)
BMI
(in kg/m2)
Gewichtsverlies (in %)
A 2000 2003 B 2002 2003
39 1,87 100 28,6
42 1,87 63
43 1,78 63 19,9
Patiënt B is een 45-jarige man met de ziekte van Crohn sedert 24-jarige leeftijd, die een ileocoecale resectie onderging (op 25-jarige leeftijd) en een jejunumresectie (28 jaar), gevolgd door een verwijdingsplastiek (37 jaar). In de loop der jaren werden osteoporose, erythema nodosum en occlusie van de vena centralis retinae gediagnosticeerd. Op 44-jarige leeftijd volgde een hernieuwde verwijdingsplastiek vanwege stenoseklachten met een gecompliceerd postoperatief beloop, leidend tot de aanleg van een hoog jejunostoma. De geschatte resterende dunne darm lengte was ongeveer 180- 200 cm. De resterende functionele darm van het type jejunum, als gevolg van de hoog aangelegde fistel, werd geschat op ongeveer 90 cm. Er werd verder geen ontstekings-activiteit van de ziekte van Crohn aangetoond. Een aantal maanden vóór de operatie woog patiënt 63 kg bij een lengte van 1,78 m (BMI = 19,9 kg/m2). Postoperatief daalde zijn gewicht van 58 kg naar 50 kg (BMI = 15,8 kg/m2) binnen 1 maand tijd, een gewichtsverlies van bijna 14% (zie Tabel 1). Dit ondanks een combinatie van TPV en sondevoeding met 2500 kcal/dag, bij een gemeten rustmetabolisme (indirecte calorimetrie) van 1730 kcal/dag en een voor lichamelijke activiteit gecorrigeerde totale energiebehoefte van circa 2450 kcal/dag. Een deel van het gewichtsverlies werd toegeschreven aan het verlies via het (‘high output’-)stoma van 3000-4000 ml/dag. Na overstap op de combinatiesondevoeding en oralevoeding werd eenbomcalorimetrie uitgevoerd op de lichaamsexcreten. Kwantitatieve vetanalyse van de 3065 g/dag stomaproductie gaf aan dat 78 g vet (circa 700 kcal) verloren ging. Bomcalorimetrie toonde een verlies van 2000 kcal/dag aan (zie Tabel 2). De inmiddels tot 5000 kcal (16 energie% eiwit, 34 energie% vet, 50 energie% koolhydraten) gestegen inname bleek daarmee juist adequaat te zijn. Een half jaar na de operatie woog patiënt bij deze forse voedingsinname weer 64 kg en onderging hij een operatie waarbij de darmcontinuïteit werd hersteld.
23


































































































   23   24   25   26   27