Page 700 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 700
Bijlagen
Kasteel Diepenheim
Inhoud
De postulaat Rudolf van Diepenholt en schepenen en raden van de drie Sallandse hoofdsteden verklaren dat zij Matheus van Graefsdarp aanstellen als kastelein en ambtman van de stad, het ambt, het huis en de heerlijkheid van Diepenheim onder de volgende voorwaarden (1) Matheus zal uit de inkomsten de 815 oude schilden mogen behouden, die hij betaald heeft aan ridder Herman van Keppel om Diepenheim te lossen (2) hij zal slechts eikenhout mogen hakken als dit gebeurt ten behoeve van het slot (3) hij mag kosten, ten behoeve van het huis gemaakt, in rekening brengen (4) hij mag geen horigen ruilen of beden heffen dan met toestemming van de postulaat en de drie steden (5) hij mag vijanden van de postulaat en de drie steden niet helpen of in de stad, het ambt, het huis en de heerlijkheid in andere handen doen overgaan, dan met hun toestemming (6) de hem nog resterende schuld zal in één van de drie steden worden afgelost wanneer hij zijn functie neerlegt of wordt ontzet, wat hem twee maanden tevoren schriftelijk zal moeten worden meegedeeld.
Herman van Kuinre, schout van Vollenhove, belooft aan postulaat Rudolf van Diepenholt dat hij het slot Vollenhove, in geval van overlijden of verplaatsing van de postulaat, aan niemand zal overgeven zonder toestemming van schepenen en raden van de drie Sallandse hoofdsteden.
De postulaat Rudolf van Diepenholt heeft Herman van Kuinre benoemd tot schout en rentmeester van Vollenhove en stelt hem aan in het slot van Vollenhove en het ambt van Hasselt
Herman van Kuinre, schout van Vollenhove, houdt het kasteel, schoutambt en rentambt van Vollenhove in onderpand van postulaat Rudolf van Diepenholt omdat hij 1500 oude schilden heeft betaald aan zijn voorganger Pelgrim van den Rutenberg.
Wolter van Coevorden verklaart, dat bisschop Frederik van Blankenheim aan hem het ambt, de sloten en de landen van Twente heeft opgedragen en dat hij gezworen heeft deze te besturen zoals dit staat vastgesteld.
Johan, zoon te Asperen, te Voorst en heer van Keppel, door postulaat Rudolf van Diepenholt aangesteld tot ambtman van Salland, belooft de drie Sallandse hoofdsteden het huis Arkelstein te bewaren. Hij heeft Arkelstein in onderpand
Postulaat Rudolf van Diepenholt verleent Johan, zoon te Asperen, te Voorst en heer van Keppel, een ambtbrief als ambtman van Salland. Hij betaalt aan zijn voorganger Derk die Zuer 940 oude Franse schilden waarvoor hem het ambt in pand wordt gegeven.
Datering
03-12-1424
Bron
ZR II nr. 1286.
698
Vollenhove
Vollenhove Vollenhove
kastelen Twente
Arkelstein Arkelstein
30-01-1425
31-01-1425
01-07-1425
22-10-1425
19-02-1426
19-03- 1426/20- 03-1426
ZR II nr. 1291.
UA BA nr. 372.I fol. I.
ZR II nr. 1302.
UA BA nr. 372.I.
ZR III nr. 1312.
UA BA nr. 372.I fol. 14.