Page 702 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 702

                                Bijlagen
   Kasteel Kuinre
Inhoud
De postulaat Rudolf van Diepenholt stelt met goedvinden van de drie Sallandse hoofdsteden Bartold Hagen aan tot kastelein en burggraaf van Kuinre na Tydeman Schuersack voor een periode van twee jaar. Bartold krijgt het beheer over het huis, slot en de heerlijkheid Kuinre evenals de lange Uyterdijck met de Moelencamp, de Berchmaet en andere daarbij behorende landerijen en ook over de inkomsten uit jaarrenten, tollen, accijnzen en boeten, alles op dezelfde voorwaarden als waarop Tydeman dit beheerde, met dien verstande, dat alle inkomsten gedurende deze twee jaren aan Bartold zullen toevallen op de voorwaarde dat hij de postulaat en de drie steden een akte geeft met bepaalde voorwaarden, namelijk dat hij onder ede belooft voornoemde zaken getrouwelijk te zullen beheren, wat uit een rekening zal moeten blijken wanneer zijn functie is beëindigt, wat hem een half jaar van te voren zal worden medegedeeld (ambtbrief zelf niet bewaard).
Postulaat Rudolf van Diepenholt draagt Seyger van Hekeren genaamd van Rechteren op, Frederik van Hekeren genaamd van Rechteren, ambtman van Coevorden en Drenthe, tot wederopzeggens toe in diens ambt te vervangen.
Elect-confirmaat Rudolf van Diepenholt belooft de borg- en dienstmannen van Diepenheim in hun rechten te zullen handhaven.
Everwijn, graaf van Bentheim en heer tot Steinfurt verklaart dat elect-confirmaat Rudolf van Diepenholt hem het drostambt Twente met het huis Enschede heeft opgedragen.
Postulaat Rudolf van Diepenholt en de drie Sallandse hoofdsteden verklaren dat zij Johan van Bevervoorde aanstellen als kastelein en ambtman van de stad, het ambt, het huis en de heerlijkheid Diepenheim tot hem de 500 oude schilden, die hem daaruit toekomen, en nog 60 Arnoldus guldens, die hem als bouwonkosten toekomen, zullen zijn afbetaald, en wel op de volgende voorwaarden (1) Johan mag slechts eikenhout hakken als dit gebeurt ten behoeve van het slot (2) hij mag kosten, die ten behoeve van het gebouw zijn gemaakt en waarvoor toestemming is gegeven, in rekening brengen (3) hij mag geen horigen ruilen of beden heffen zonder toestemming van de postulaat en de drie steden (4) hij mag de vijanden van de postulaat en de drie steden niet helpen of de stad, ambt, huis en heerlijkheid in andere handen doen overgaan dan met hun toestemming (5) de hem nog resterende schuld zal in één van de drie Sallandse hoofdsteden aan hem worden afgelost, wanneer hij met zijn functie stopt of eruit wordt ontzet. Dat laatste dient hem drie maanden van tevoren te worden meegedeeld. Verschillende edelen staan borg voor Johan.
Seyne Mulert, ambtman en kastelein van Kuinre, belooft de drie steden dat hij kasteel en heerlijkheid zal bewaren op de gewone voorwaarden.
Datering
07-03-1430
Bron
ZR III nr. 1415.
   700
Coevorden
Diepenheim Enschede
Diepenheim
03-04-1432
03-07-1433 22-07-1433
24-04-134
Huisarchief Rechteren inv. nr. 25.
UA BA nr. 194.
UA BA nr. 372 I fol. 58, 59.
ZR III nr. 1513.
Kuinre
06-11-1434
OO II A 3433, zie aantekenin- gen aldaar.








































































   700   701   702   703   704