Page 43 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 43
1.3 Probleemstelling
Anderhalve eeuw kastelenonderzoek heeft veel interessante invalshoeken en resultaten 1 opgeleverd, waarbij onderzoekers zich steeds bewuster zijn geworden van de veelzijdigheid
van het onderwerp. Toch zijn er nog altijd grote kennislacunes aan te wijzen, niet alleen empirisch, maar zeker ook in theoretisch en methodologisch opzicht. We noemen er enkele.
Allereerst ontbreekt in veel studies een heldere definiëring van het begrip kasteel of worden relatief smalle definities gehanteerd waarmee allerlei interessante en relevante terreinen bij voorbaat worden uitgesloten van een nadere analyse. Zo is het belangrijkste chrono- typologische overzicht van kastelen in Nederland van de hand van Janssen weliswaar gebaseerd op een helder afgebakende definitie, waarmee een typologie kon worden opgesteld gebaseerd op basis van vorm, bouwheer en functie, maar zijn daarbij tegelijkertijd veel belangwekkende terreinen buiten de definitie gelaten omdat er te weinig informatie beschikbaar was om de gehanteerde definitie toe te kennen. Dit resulteert in een grote grijze zone van mogelijke kasteelterreinen waarvan onbekend is hoe deze zich verhouden ten opzichte van de kastelen die wel binnen de definitie passen, maar waar archeologen wel mee te maken krijgen in de erfgoedzorg. We denken daarbij aan onder meer omgrachte terreinen waarvoor geen historische context bekend is. De uitdaging is om dit soort terreinen in een breder kader te plaatsen zodat ze uiteindelijk beter kunnen worden onderzocht en beschermd.
Een tweede knelpunt in het kastelenonderzoek tot dusverre is de al te sterke focus op alleen de hoofdburcht in plaats van op de opbouw en ontstaansgeschiedenis van het kasteelcomplex als geheel. Hoewel van eminent belang vertegenwoordigde de hoofdburcht in veel gevallen slechts een deel van het totale kasteelcomplex. Vaak was er ook een voorburcht bij opgetrokken en lagen soms rondom het kasteel complexe stelsels van meervoudige wallen en grachten die op hun beurt ook nog eens konden aansluiten op een landweer. In dit proefschrift pleiten we voor een brede benadering van kasteelterreinen, waarin alle op het kasteelterrein voorkomende ruimtelijke elementen en structuren in de beschouwing worden betrokken.
Trekken we deze lijn door, dan kunnen we in het kastelenonderzoek tot dusverre een sterke gerichtheid op de burcht als object waarnemen. De samenhang met het omringende landschap en de bijbehorende samenleving wordt slechts ten dele onderzocht. Juist in deze relaties kunnen veel verklaringsmogelijkheden schuilen voor waargenomen patronen en processen binnen het kasteelterrein zelf. Behalve een objectgerichte benadering is daarom een meer contextuele aanpak van het kastelenonderzoek gewenst. In historisch-ruimtelijke zin betekent dit meer aandacht voor de relatie tussen kasteelterrein en het omringende landschap, zoals de toenmalige lokale en regionale waterhuishouding; het regionale wegenpatroon; de ligging ten opzichte van aangrenzende plattelandsnederzettingen of steden; de relatie tot de hoeven en landerijen die tot het kasteel behoorden; de relatie tot lokale en regionale markten; de ligging ten opzichte van centrale bestuurscentra en juridische centra; de ligging van individuele kastelen en grotere defensieve structuren zoals verdedigingslinies en/of territoriale grenzen als ook de verhouding van kastelen tot religieuze instituties. Direct verbonden met deze ruimtelijke relaties zijn uiteraard de talrijke maatschappelijke verhoudingen tussen het kasteel en de omringende samenleving, bijvoorbeeld met bredere geopolitieke verhoudingen en jurisdicties, bezitsverhoudingen, verkeersstromen en handelsrelaties, religieuze verhoudingen en culturele betrekkingen. Het is duidelijk dat zich hiermee tal van nieuwe onderzoeksthema’s aandienen die de opbouw en ontstaanswijze van individuele kasteelterreinen in een nieuw licht kunnen plaatsen, en óók de relaties tussen kastelen onderling als onderwerp van studie hebben. Er kan daarbij gedacht worden aan burchten binnen een bepaalde microregio, langs bepaalde doorgaande routes, langs grenzen of binnen een bepaalde heerlijkheid of vorstendom. De uitdaging is om op basis van herinterpretatie van bestaande gegevens én nieuw onderzoek te komen tot een meer contextuele benadering van kastelen waarbij de wisselwerking tussen kastelen en hun landschappelijke en maatschappelijke omgeving meer systematisch en diepgaand onderzocht wordt en in bredere politieke, sociale, economische en culturele context wordt
Inleiding
41