Page 406 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 406
Hoofdstuk 6
bijvoorbeeld de in 1240 genoemde drost van Landegge, de ordehandhaving en rechtspraak organiseerden.
In de loop van de veertiende eeuw kwamen de bisschoppen van Utrecht en Munster voor hetzelfde probleem te staan: hoge schulden, wat leidde tot een sterke verzwakking van hun gezag. Beide bisschoppen hanteerden dezelfde kastelenpolitiek. Ze vaardigden open-huisverdragen uit en verpanden veel burchten om aan geld te komen. Uiteindelijk zijn ze allebei ook uit de brand geholpen door de steden in hun gebied. Daarna voerden de bisschoppen een bewuste kastelenpolitiek om hun territorium af te ronden. Niet alleen vond er nieuwbouw plaats, maar ook werden burchten aangekocht of zelfs veroverd. In Munster gebeurde dit in de periode 1380-1425, in het Nedersticht vooral rond 1350 en in het Oversticht tussen 1350-1450. Het bleef echter voor beide bisschoppen een uitdaging om zich staande te houden in de conflicten. De bisschop van Munster is daarin het beste geslaagd: zijn kerkelijk vorstendom bleef tot 1803 als zelfstandige staat bestaan.
6.5 Het model van kasteellandschap: resultaten en bruikbaarheid voor toekomstig onderzoek
In paragraaf 1.2 hebben we geconstateerd dat het niet mogelijk is met de in de castellologie gangbare theorieën en methoden de relatie tussen kasteel en landschap op integrale wijze te onderzoeken. Daarom hebben we in hoofdstuk 1 het model van kasteellandschap geïntroduceerd dat als methodologisch en theoretisch kader diende voor de verschillende deelstudies binnen dit proefschrift. Door middel van deze aanpak hebben we geprobeerd met de beschikbare bronnen zo goed mogelijk de relatie tussen kastelen en het fysieke, sociale en mentale landschap op diverse ruimtelijke schaalniveaus systematisch door de tijd heen te reconstrueren. Met het resultaat hopen we tegenwicht te bieden tegen de nog altijd sterk morfologisch gerichte traditie van het bestuderen van kasteelterreinen vanuit een monodisciplinaire invalshoek. Architectuuronderzoek blijft relevant, maar om een evenwichtig beeld te krijgen van de functies van burchten is het van belang ook het fysieke, sociale en mentale landschap bij de studie te betrekken.
Het model is in dit proefschrift op drie schaalniveaus toegepast: op territoriaal, lokaal en micro- regionaal niveau. De analyse van het territoriale landschap leverde een overzicht op van de langetermijnontwikkeling van het kastelenlandschap in het Oversticht, terwijl de ontleding van het micro-regionale en lokale kastelenlandschap aantoonde hoe de wisselwerking tussen burcht en omgeving tot uiting kwam in het omringende fysieke landschap en in de samenleving. Door de combinatie van deze verschillende schaalniveaus was het bijvoorbeeld mogelijk de Hunenborg te interpreteren als bisschoppelijke wildernisringwalburcht. De gehanteerde aanpak heeft tevens verschillende inzichten opgeleverd die bijdragen aan bestaande discussies in de kastelenkunde, namelijk over het definitievraagstuk, de vraag wanneer architectuur militair-functioneel of symbolisch was, en de vraag vanaf wanneer kastelen niet meer werden gebouwd.64
Onderzoekers worstelen al sinds jaar en dag met de vraag ‘wat een kasteel is’ vanwege de grote variatie aan kasteelachtige bouwwerken.65 De term kasteel kan verwijzen naar verschillende soorten gebouwen die in verschillende perioden en regio’s diverse functies hadden. Door in dit onderzoek een brede werkdefinitie te hanteren hebben we geprobeerd nieuwe data te verzamelen en zo bij te dragen aan deze wetenschappelijke definitiediscussie. Het belangrijkste criterium bij de inventarisatie van kasteelachtige sites tijdens dit onderzoek was de aanwezigheid van fortificatiearchitectuur, of die nu functioneel of symbolisch was. Daarnaast diende een kasteel volgens de door ons gehanteerde werkdefinitie één of meer van de volgende functies te vervullen: die van zetel van representatie, adellijke residentie, economisch centrum, administratief en juridisch centrum, militair hoofdkwartier of controlepost.
64 Zie paragraaf 1.2 voor een uitgebreide historiografie van het kastelenonderzoek.
65 Zie paragraaf 1.4 over de problematiek rondom de definitie van kasteel.
404