Page 292 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 292

                                Hoofdstuk 5
Utrechtse bisschoppen, de boerderijboeken van Woolderink, het toponiemenonderzoek in Gelderland, het overzicht van Munsterse boerderijen en moderne digitale kaarten.48 Daarnaast heeft Jongbloed op basis van zijn onderzoek ook de nodige verbeteringen kunnen aanbrengen.
Aan de hand van voornoemde bronnen is een tabel gemaakt waarin alle goederen van de graven van Dale-Diepenheim zijn ingevoerd (bijlage 5.7). Deze lijst houdt de indeling van de goederenlijst van graaf Hendrik van Dale-Diepenheim aan. Vervolgens is deze aangevuld en vergeleken met goederen uit oorkonden, de lijst van Diepenheim-Daalse leenmannen en de laatmiddeleeuwse bisschoppelijke administratie. Ieder goed heeft een nummer gekregen. Betreffende de goederenlijst is de nummering aangehouden die Philippi en Bannier reeds aan de goederen hadden gegeven. De goederen die daar niet in voorkwamen hebben een nieuw nummer gekregen. In dit hoofdstuk refereren we aan al deze goederen met de codering GL gevolgd door het betreffende nummer. Per goed kan in de tabel worden nagegaan hoe nauwkeurig de locatie is teruggevonden. Ook staat vermeld, indien bekend, of een goed aangekocht of verkocht is tussen 1188 en 1331. Alle goederen die zijn gevonden, hebben een grijze kleur gekregen in de tabel en een witte indien ze niet met zekerheid te traceren waren. De betreffende goederen zijn allemaal patrimoniale goederen van de graven van Dale-Diepenheim. Goederen die zij in leen hielden van andere leenheren, zoals Kageldink, zijn niet meegenomen aangezien hier geen totaaloverzicht van bekend is. Vervolgens is getracht met behulp van GIS de locatie van de goederen zo nauwkeurig mogelijk op kaart te zetten. Deze laag bevat een achterliggende meta-data-tabel waarin de naam van het goed en het nummer dat het goed heeft is weergegeven. Op deze manier is het mogelijk om van de puntenlaag een thematische kaart (bijlage 5.12) te maken waarin de goederen staan weergegeven naar type eigendom, naam of het nummer in de Excel-tabel. De nauwkeurigheid van de locatie van de boerderijen in de puntenlaag verschilt. Zo konden de Twentse goederen relatief eenvoudig worden gekoppeld aan de boerderijboeken van Woolderink. Het was ook mogelijk om veel Borculose goederen met hoge nauwkeurigheid te traceren aan de hand van de diverse veldnaam- en boerderijboeken die voor het studiegebied beschikbaar waren.49 Betreffende de andere in Nederland gelegen goederen heb ik geen vergelijkbare naslagwerken gevonden. Op basis van de verzamelplans van de kadastrale minuut van 1832 is voor deze gebieden geprobeerd om boerderijen alsnog op te sporen, maar dat is niet in alle gevallen gelukt.
Voor het traceren van de Duitse goederen in Niedersachsen en Westfalen is gebruik gemaakt van verschillende historische kaarten.50 Daarnaast kon voor een deel van Westfalen gebruik worden gemaakt van het uitgebreide boerderij-overzicht van Feldmann, waardoor de locatie van de boerderijen nog beter kon worden onderbouwd.51 Het komt soms voor dat in een bepaald kerspel diverse boerderijen lagen met dezelfde naam. Waar geen overzicht van Feldmann voorhanden was, zijn de goederen geplaatst op grond van historische kaarten waar vele boerderijnamen nog op staan. Gelukkig was een groot deel van de boerderijen uitgegroeid tot kleine nederzettingen, waardoor alsnog de namen konden worden teruggevonden. Deze punten zijn wel minder nauwkeurig dan de meeste gelokaliseerde Nederlandse en Westfaalse goederen.
Deze voor Diepenheim toegepaste methode kon niet voor de andere onderzochte Zuidwest- Twentse kastelen worden gebruikt aangezien er voor deze kastelen geen gedetailleerde bronnen op dit punt zijn overgeleverd. Alleen betreffende kasteel Goor geeft de opsteller van het Memoriale Adelboldi een kleine aanwijzing over het goederenbezit van de graaf. Hij zou veel bezittingen in leen hebben gehad van de bisschop van Utrecht tegen het einde van de twaalfde eeuw, maar een lijst waar de namen van deze bezittingen op staan is niet
48 Feldmann 1995; Woolderink 2013; Woolderink 2014; Woolderink 2015.
49 Bloemendal et al. 1992; Eggink et al. 1995; Meerman 2002; Dorrestijn 2002; Maas & Schaars 2004.
50 https://www.geoportal.nrw/; http://www.lgln.niedersachsen.de/startseite/geodaten_karten/
historische_karten/. In vergelijking tot de Westfaalse site is deze site uit Niedersachsen een stuk minder gebruiksvriendelijk en kunnen geen zoekfuncties worden ingevoerd. Geraadpleegd op 6 mei 2016.
51 Feldmann 1995.
 290
























































































   290   291   292   293   294