Page 288 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 288

                                Hoofdstuk 5
welke invloed de toenmalige kasteelbewoners en -eigenaren hebben uitgeoefend op de ontwikkeling van het omringende cultuurlandschap.
Dit hoofdstuk wil in deze kennislacunes voorzien door de ontwikkeling van het regionale kastelenlandschap van Zuidwest-Twente tussen circa 1050 en 1450 te analyseren op basis van zowel de kasteelmorfologie, de landschappelijke ligging van de kastelen als hun politieke, juridische en economische functioneren. Daarmee kan ook het in hoofdstuk 1 gepresenteerde model van een regionaal kastelenlandschap worden geoperationaliseerd en getoetst.
Om deze doelen te bereiken zullen we de volgende vragen proberen te beantwoorden: Welke morfologische ontwikkeling maakten de kastelen in en rond Goor en Diepenheim tussen circa 1050 en 1450 door en wie waren in deze eeuwen verantwoordelijk voor hun bouw en verdere ontwikkeling? (paragraaf 5.5) Welke opbouw kende het landschap van Zuidwest-Twente tussen 1050 en 1450 en hoe waren de kastelen daar gesitueerd? (paragraaf 5.6) Welke bewoningsgeschiedenis kende Zuidwest-Twente tussen 1050 en 1450 en hoe verhoudt deze zich tot de kastelen? (paragraaf 5.7) Welke ontwikkelingen vonden plaats in de waterhuishouding van Zuidwest-Twente in genoemde periode en welke rol speelden de kasteelheren daarbij? (paragraaf 5.8) Wat waren tussen 1050 en 1450 de belangrijkste doorgaande wegen en passages in Zuidwest Twente en hoe waren de toenmalige kastelen ten opzichte daarvan gelegen? (paragraaf 5.9) Wie controleerden in de genoemde periode de rechtspraak en andere inkomstenbronnen in Zuidwest-Twente en welke rol speelden de kastelen en kasteelheren daarbij? (5.10) Welke sociale groepen kende de samenleving in deze regio in de genoemde periode en hoe verhielden deze groepen zich tot de kastelen? (5.11) Hoe waren de kerkelijke indeling en kerkelijke rechten van Zuidwest-Twente tussen 1050 en 1450 georganiseerd en welke rol speelden de kasteelbewoners in het religieuze leven? (5.12) Welke langetermijnontwikkeling c.q. fasering is zichtbaar in de relatie tussen kasteelontwikkeling en rechten op de grond tussen 1050 en 1450? (paragraaf 5.13). In de slotparagraaf voegen we de deelresultaten samen en onderzoeken we welke samenhangende langetermijnontwikkeling we kunnen waarnemen in het multidimensionale kastelenlandschap van Goor en Diepenheim tussen 1050 en 1450 (paragraaf 5.14).
5.4 Bronnen en methoden
De landschapsreconstructie
Wie de relatie tussen kasteel en landschap wil onderzoeken, dient te begrijpen hoe het landschap rond Goor en Diepenheim er in de volle en late middeleeuwen uitzag. Daartoe is allereerst een reconstructie van het toenmalige natuurlijke landschap gemaakt op basis van de fysisch-geografische samenhang tussen geologie, terreinvorm, bodemopbouw, waterhuishouding en vegetatie. Op basis van deze kenmerken is het landschap rondom Goor en Diepenheim geordend in drie landschapstypen die elk zijn onderverdeeld in diverse landschapseenheden. De bijbehorende landschapskenmerken zijn gerangschikt in een matrixlegenda. Om een goed regionaal overzicht te verkrijgen is bij deze landschapsreconstructie gekozen voor een vrij ruime kaartuitsnede rond de steden en kerspelen Goor en Diepenheim, waarbij ook de omringende marken Markelo, Elsen, Herike, Stockum, Wiene-Zeldam, Hengevelde en Markvelde in de analyse zijn betrokken.
De basis voor de kaart en de matrix vormen de geomorfologische kaart, de digitale bodemkaart, de Topografisch-militaire Kaart van 1850 en de Chromotopografische Kaart van rond 1900.27 Vooral de terreinvorm heeft een doorslaggevende rol gespeeld in het creëren van de landschapskaart, aangezien het natuurlijke reliëf op de meeste plaatsen in dit studiegebied sinds de middeleeuwen niet ingrijpend gewijzigd is. Op onderdelen kon de bodemkaart een meer differentiërende rol spelen, bijvoorbeeld tussen gebieden met en zonder veen in de bovengrond.
27 Maas ongepubliceerd; Bouwman et al. 2013. 286
 

























































































   286   287   288   289   290