Page 277 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 277
In tegenstelling tot de Hunenborg is over de Schulenborg relatief veel historische informatie
bekend die ons wellicht indirect kan helpen om de Hunenborg beter te begrijpen. De Schulenborg wordt voor het eerst in 1123 vermeld in de zogenoemde Rijkskroniek van
de Annalista Saxo.168 Deze historische bron is geschreven tussen 1148 en 1152 door een geschiedschrijver uit het Saksische gebied.169 Koning Hendrik V nam volgens deze schrijver
in 1123 de Schulenborg in.170 Volgens de historicus Tschuschke had de belegering van de Schulenborg te maken met de politieke situatie van de laatste Salische koningen die hun
invloed in Saksen probeerden te intensiveren. De Saksische adel, onder leiding van hertog Lotharius van Süpplinburg, verzette zich succesvol tegen deze poging. Lotharius werd zelfs uiteindelijk koning. In deze strijd werd ook de Utrechtse bisschop Godebald betrokken. Hij verbond zich met de gravin van Holland, die tevens de halfzus van hertog Lotharius was, en
keerde zich daarmee tegen koning Hendrik V. Waarschijnlijk was deze vijandige houding
richting de koning het gevolg van een eerdere ruzie tussen het koninklijk gevolg en de bisschoppelijke dienstmannen.171 Koning Hendrik V reageerde op Godebalds verraad door
het bisschoppelijk kasteel de Schulenborg te belegeren om de bisschop zo een gevoelige
slag toe te brengen. De koninklijke troepen slaagden er inderdaad in om het bisschoppelijk
kasteel te veroveren. Hertog Lotharius en Theodricus, de bisschop van Munster, schoten los
van elkaar Godebald te hulp en probeerden de Schulenborg te heroveren. Een tussenliggend
moeras verhinderde echter dat de legers van hertog Lotharius en bisschop Theodricus de 4 Schulenborg konden belegeren.172
Vervolgens besloten ze om het koningsgezinde Deventer aan te vallen met als doel de koning ook naar deze plek te lokken. Het plan werkte, want koning Hendrik V besloot de Schulenborg op te geven om de stad Deventer te helpen. Terwijl de koning uit het kasteel was gelokt, heroverden Lotharius en de Munsterse bisschop vervolgens de Schulenborg, versterkten de castellanni en brachten voorraden en levensmiddelen naar de burcht. Daarmee was hun doel bereikt: de Schulenborg was ontzet.173 In nog hetzelfde jaar 1123 verzoende bisschop Godebald zich echter met koning Hendrik V en werd de Schulenborg verbrand.174 Blijkbaar zag de koning de burcht dus als bedreigend voor zijn gezag.
Meer dan honderd jaar later wordt een bisschoppelijk kasteel met de naam de Schulenborg vermeld in de Narracio. De historicus Hagens heeft uiteengezet dat dit kasteel dezelfde moet zijn als het kasteel dat in 1123 werd genoemd.175 Na de verbranding in 1123 moet de Schulenborg dus op een zeker moment weer zijn opgebouwd. Rond 1229 gebruikte bisschop Wilbrand de poortdeuren en planken van de Schulenborg om kasteel Hardenberg te bouwen.176 Hagens trekt daaruit de conclusie dat de Schulenborg overbodig was voor de bisschop aangezien het kasteel werd ontmanteld ten behoeve van de bouw van een ander kasteel.177 Zijn conclusie wordt ondersteund door een in 1243 uitgevaardigde oorkonde. Daarin staat dat electbisschop Otto III zijn ministeriaal Hendrik van Almelo beleende met verschillende tienden uit Delden, Ootmarsum en andere tienden uit Twente, die voorheen een borgleen van de Schulenborg waren en in leen waren gegeven aan de inmiddels overleden ridder Herman van Roden.178 Na de belening van Hendrik van Almelo met de borglenen van de Schulenborg in 1243 komt de burcht, behalve voornoemd borgleengoed in 1379, niet meer voor in de bronnen. Dat de vroege vermelding van de Schulenborg bewaard is gebleven, kan uitsluitend worden verklaard door de rol van dit kasteel op rijksniveau.
De Schulenborg heeft dus tenminste meer dan een eeuw gefunctioneerd als bisschoppelijk
168 Verlinde 2002: 249-250; Hagens 1985.
169 Nass 2006: VIII-IX.
170 Winkelmann 1864: 116-118.
171 Tschuschke 2007: 307-310.
172 Winkelmann 1864: 116; Nass 2006: 577.
173 Winkelmann 1864: 116; Nass 2006: 577.
174 Winkelmann 1864: 118; Nass 2006 578: 585.
175 Hagens 1985: 45.
176 Van Rij 1989: 66-67.
177 Hagens 1985: 44.
178 OBO VI 1541, zie aantekeningen aldaar.
Het kasteellandschap van de Hunenborg
275