Page 123 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 123

                                met de terreinen Almelo, Beerse, Echten, Gerner, Laar, Pekkedam, Ten Clooster, Twickel, Waardenborg, Warmelo, Boxbergen en Kevelham.
De terreinen Ansen, het Bolwerk bij Noordlaren, Duivelshof, Hölterhof, Hunenborg, Oldengaerde, Oldenhave, Wilderink en Wolfsbarge zijn gelegen op veldpodzolgronden. Acht terreinen, te weten Buckhorst, Campherbeek, Den Doorn, Hoenlo, Kranenburg, Rechteren, Rutenberg en Vollenhove liggen op vlakvaaggronden. Op de poldervaaggronden liggen
zeven terreinen, namelijk het Bolwerk bij Deventer, het Cortinghuis, Elba, Gramsbergen, 2 Gronenburg, Swormertoren en Ammerckehorn.
Arkelstein, Dorth, Elsen en Ter Hansouwe zijn gebouwd op laarpodzolgronden, en Borgbeuningen, Singraven en de Schultinchof op een kleiige beekdalbodem. Twee terreinen liggen op knippoldervaaggronden, namelijk Selwerd en Zernike. Saterslo en Weleveld zijn gelegen op leek-/ woudeerdgronden en het Koerhuis en Yperenberg op ooivaaggronden. Zuthem ligt op drechtvaaggronden.
Er zijn ook kastelen gesitueerd op bodemsoorten die maar één keer voorkomen. Zo ligt Batinge op gooreerdgronden, Glimmen-II op koopveengronden en Vledderinge op meerveengronden. Daarnaast zijn er kasteelterreinen die liggen op twee grondsoorten. De Hondeborg te Weerselo is opgetrokken op zowel veldpodzolgronden als enkeerdgronden, Werkeren ligt op zowel veldpodzolgronden als vlakvaaggronden en de Bredenhorst op vlakvaaggronden en beekeerdgronden. Kuinre-I en Kuinre twee liggen op vlakvaaggronden en meerveengronden, en de Eese op loopodzolgronden en laarpodzolgronden. Op de locatie van Herinkhave en Wittesheuvel dagzomen veldpodzolgronden en beekeerdgronden aan het oppervlak. En Terwee is gebouwd op weideveengronden.
Wanneer we de gegevens van de 90 kasteelterreinen bestuderen in relatie tot de waterhuishouding, valt op dat slechts 18 procent van de kasteelterreinen is gelegen op drogere gronden, namelijk op enkeerdgronden, ooivaaggronden en mengelgronden (tabel 2.4.). Kasteelterreinen die op vochtige gronden liggen, namelijk veldpodzolgronden, vlakvaaggronden, veldpodzol/beekeerdgronden, veldpodzol/enkeerdgronden, gooreerdgronden, laarpodzolgronden, loopodzol/laarpodzolgronden, omvatten 30 procent van de 90 kastelen. Verreweg de meeste kastelen, namelijk 52 procent, liggen op natte gronden, namelijk vlakvaaggronden/beekeerdgronden, vlakvaaggronden/meergronden, beekeerdgronden, meerveengronden, koopveengronden, drechtvaaggronden, leek/ woudeerdgronden, knippoldervaaggronden, kleiige beekdalbodem, veldpodzolgronden/ poldervaaggronden en weideveengronden.
Ligging van de kasteelterreinen ten opzichte van de bodem aantal Drogere gronden: enkeerdgronden, ooivaaggronden, mengelgronden
Enkeerdgronden 13 Ooivaaggronden 2 Mengelgronden 1
Vochtige gronden: veldpodzolgronden, vlakvaaggronden, veldpodzol/ beekeerdgronden, veldpodzol/enkeerdgronden, gooreerdgronden,
laarpodzolgronden, loopodzol/laarpodzolgronden
Veldpodzolgronden 9 Vlakvaaggronden 8 Laarpodzolgronden 5 Veldpodzolgronden/beekeerdgronden 2 Gooreerdgronden 1 Loopodzolgronden/laarpodzolgronden 1 Veldpodzolgronden/enkeerdgronden 1
Het fysieke territoriale landschap
    121
 





















































































   121   122   123   124   125