Page 213 - Balancing between the present and the past

3. Hoe kan bij geschiedenisleraren worden geobserveerd in welke mate en op welke wijze zij aandacht besteden aan contextualiseren?
De derde studie (hoofdstuk 4) beschrijft de ontwikkeling van een observatie- instrument dat inzicht geeft in hoeverre geschiedenisleraren contextualiseren in hun lessen bevorderen. Dit instrument ontbrak, zodat wij weinig wisten over hoe leraren kunnen worden geholpen met het bevorderen van contextualiseren. Het ontwikkelde Framework for Analyzing the Teaching of Historical Contextualization (FAT-HC) bevat 40 items die gescoord kunnen worden op een schaal van 1 (zwak) tot en met 4 (sterk). Met behulp van generaliseerbaarheidstheorie (Brennan, 2001; Shavelson & Webb, 1991) werd de betrouwbaarheid van dit instrument onderzocht. Bij vijf leraren werden twee lessen gefilmd waarbij iedere les vervolgens door vijf getrainde observatoren werd gescoord. Uit de resultaten van deze 50 observaties kwam een positief beeld van de inhoudsvaliditeit en dimensionaliteit van het instrument naar voren. Een beslissingsstudie (d-studie) gaf informatie over de hoeveelheid lessen en observatoren die nodig zijn voor een betrouwbaar beeld van hoe leraren contextualiseren (Brennan & Kane, 1977). Voor onderzoeksdoeleinden is het voldoende betrouwbaar wanneer één observator met het FAT-HC twee lessen observeert van dezelfde leraar. Voor het geven van feedback aan leraren is het voldoende betrouwbaar wanneer twee observatoren ieder twee lessen van dezelfde leraar observeren of wanneer drie observatoren één les van dezelfde leraar observeren.
4. In welke mate en op welke wijze besteden geschiedenisleraren aandacht aan contextualiseren?
De vierde studie (hoofdstuk 5) had als doel om met het FAT-HC te onderzoeken in
welke mate en op welke wijze geschiedenisleraren in hun lessen aandacht besteden
aan contextualiseren. Deze studie beschrijft hoe vijf getrainde observatoren acht geschiedenisleraren tweemaal bekeken met behulp van het FAT-HC. De 40 items in
het FAT-HC werden verdeeld in acht categorieën. Er waren aparte categorieën voor
items waarbij de leraar contextualiseert (bijvoorbeeld de leraar schetst de politieke 9 omstandigheden ten tijde van een verschijnsel) en categorieën voor items waarbij
de leerlingen contextualiseren (bijvoorbeeld de leerlingen onderzoeken de politieke omstandigheden ten tijde van een verschijnsel). Per leraar werd voor iedere categorie een gemiddelde score berekend en een gemiddelde totaalscore (FAT-HC-score). Geen enkele leraar behaalde een gemiddelde FAT-HC-score > 2.00 op een vierpuntsschaal. Wanneer er wel gecontextualiseerd werd, creëerde de leraar meestal zelf een historische context bij een verschijnsel. De leerlingen werden door de leraren echter weinig gevraagd zelf te contextualiseren.
Samenvatting
211