Page 176 - Shared Guideline Development Experiences in Fertility Care

Chapter 8
huisartsen, urologen, klinische embryologen, klinisch chemici, een medisch psycholoog, een arbeidsgeneeskundige en twee patiëntafgevaardigden); en tot slot vier werkgroepen ten behoeve van de ontwikkeling van vier monodisciplinaire richtlijnen. De volledige richtlijn is gericht op patiëntgerichte, organisatorische en medisch-technische uitgangsvragen die naar voren gekomen zijn uit de interviews met patiënten en professionals. Deze uitgangsvragen zijn uitgewerkt en verdeeld over de werkgroepen. Vervolgens zijn de projectprestaties, de deelnemerservaringen met deze benadering en de benodigde tijdsinvestering ook geëvalueerd. Deze evaluatie baseerde zich op de analyse van secundaire bronnen, interviews met acht sleutel guren en een schri elijk vragenlijstonderzoek onder alle 35 deelnemers.
Binnen twintig maanden zijn met deze benadering een multidisciplinaire richtlijn subfertiliteit en vier gerelateerde monodisciplinaire richtlijnen (een voor subfertiliteit in het algemeen, een voor onverklaarde subfertiliteit, een voor mannelijke subfertiliteit en een voor semenanalyse) ontwikkeld. De multidisciplinaire richtlijn bestaat uit aanbevelingen voor de belangrijkste medisch- technische onderwerpen en uit organisatorische en patiëntgerichte thema’s die onderdeel zijn van het klinische zorgpad. Het project is verlopen zoals gepland, met uitzondering van kleine aanpassingen en drie extra consensusbijeenkomsten. De deelnemers waren enthousiast over de toegepaste benadering, het respect voor de autonomie, de rol van de projectcoördinator en de betrokkenheid van patiënten. Verbeteringssuggesties waren tijdige communicatie over het format van de richtlijnen, de tijdslijnen van het project, de verantwoordelijkheden van de deelnemers, het aanstellen van een medisch bibliothecaresse en meer ondersteuning. De 35 deelnemers hebben in totaal gezamenlijk 4497 uur aan dit project besteed.
Hieruit is geconcludeerd dat de nieuwe netwerkbenadering waarin de patiënt centraal staat, geschikt is voor het gelijktijdig en gezamenlijk ontwikkelen van een op elkaar afgestemde set richtlijnen bestaande uit een multidisciplinaire richtlijn en monodisciplinaire richtlijnen rondom het klinische zorgpad van patiënten met voortplantingsgeneeskundige problemen. Verdiepend onderzoek is nodig om de e ciëntie van deze benadering te vergelijken met traditionelere benaderingen.
174