Page 175 - Shared Guideline Development Experiences in Fertility Care
P. 175

die aangedragen zijn door zowel patiënten als door professionals binnen de vier domeinen (huidige richtlijnen, professionals, patiënten en organisatie van zorg). Door beide lijsten met elkaar te vergelijken, zijn de belangrijkste klinische knelpunten naar voren gekomen zoals gede nieerd door meer dan drie kwart van de subfertiele paren en/of ten minste twee professionals.
In totaal hebben subfertiele paren 32 klinische knelpunten aangedragen en professionals 23. Van de belangrijkste klinische knelpunten zijn acht aangedragen door de subfertiele paren die de professionals niet hebben genoemd. Deze belangrijkste klinische knelpunten betre en hoofdzakelijk de patiëntgerichte aspecten van zorg op het domein van de professional en de organisatie. De groepen hebben gezamenlijk twee belangrijke klinische knelpunten aangedragen, hoewel ze deze knelpunten echter anders interpreteren: enerzijds het gebrek aan emotionele steun en anderzijds het gebrek aan respect voor de waarden van patiënten. Hieruit is geconcludeerd dat het betrekken van patiënten vanaf de eerste fase van het richtlijnontwikkelingsproces tot waardevolle en aanvullende belangrijke klinische knelpunten leidt, die als input kunnen dienen voor de volgende stap van het multidisciplinaire richtlijnontwikkelingsproces. Bovendien breidt dit het bestek van de richtlijn uit, met name ten aanzien van patiëntgerichte en organisatorische onderwerpen vanuit het perspectief van de patiënt.
Hoofdstuk 3 is gericht op de tweede vraag:
In hoeverre is in geval van subfertiliteit een netwerkbenadering waarin de patiënt centraal staat een haalbaar format voor multidisciplinaire richtlijnontwikkeling ten aanzien van daadwerkelijke ontwikkeling van een set van richtlijnen, de tijdsinvestering en de ervaringen met deze benadering?
Om deze vraag te beantwoorden, is een haalbaarheidsstudie uitgevoerd bestaande uit een gedetailleerde procesevaluatie van het richtlijnontwikkelingsproces, de ervaringen van professionals met de netwerkbenadering en de daarmee gemoeide tijdsinvesteringen.
Hierbij is gebruikgemaakt van een netwerkbenadering waarin de patiënt
centraal staat om vijf op elkaar afgestemde (een multidisciplinaire en vier monodisciplinaire) richtlijnen te ontwikkelen rondom de klinische zorgpaden 8 binnen de voortplantingsgeneeskundige zorg. De netwerkstructuur bestond hierbij
uit: de centraal gepositioneerde patiënt en de adviescommissie; een werkgroep ten
behoeve van de ontwikkeling van een multidisciplinaire richtlijn (gynaecologen,
Samenvatting
173


































































































   173   174   175   176   177