Page 23 - kennis en praktijk in de gehandicaptenzorg
P. 23

Kritiek
De gedachte dat professionals hun handelen baseren op stilzwijgende kennis en dat 1 het gebruik van wetenschappelijke kennis leidt tot het veronachtzamen van belang-
rijke zaken, is niet onomstreden. Cheetham en Chivers (2000) stellen bijvoorbeeld op
basis van een onderzoek onder professionals in verschillende beroepsgroepen dat deze
juist veel waarde hechten aan wetenschappelijke kennis.
Practice which is not well grounded in specialist knowledge and sound theory is liable to be flawed and may, in some circumstances, be downright dangerous. (Cheetham & Chivers, 2000 p. 381)
Desalniettemin constateren ook zij dat veruit de meeste respondenten aangeven in hun werk niet zonder hun stilzwijgende kennis en hun gevoel te kunnen. Dit doet zich echter vooral voor bij het oplossen van problemen die ze niet hadden voorzien. In an- dere situaties gebruiken professionals vaker expliciete kennis, die volgens de respon- denten niet alleen gebaseerd is op wetenschappelijke kennis, maar ook voortkomt uit hun ervaring. Cheetham en Chivers pleiten er daarom voor in de kennisontwikkeling van professionals aandacht te schenken aan zowel de inzet van stilzwijgende kennis als aan het gebruik en de ontwikkeling van expliciete kennis.
It acknowledges the extent of extemporisation (understood here as reacting spontaneously and flexibly to events), “thinking on one’s feet” and improvising solutions to problems. How- ever, it also explicitly acknowledges that professionals at times plan, prepare, analyse, re- hearse and apply more conscious thought and reflections. (Cheetham & Chivers, 2000 p. 381)
Eraut (1994) doet dat ook. Hij vindt dat door de kritiek van Schön op technische ratio- naliteit en de aandacht voor stilzwijgende kennis de discussie over professionele ken- nis is doorgeslagen naar de andere kant. Hij wijst erop dat Schön zijn kritiek baseert op voorbeelden waarin professionals op een creatieve manier iets ontwikkelen, pro- blemen oplossen of juist problemen aan het licht brengen. Daardoor wordt vooral de betekenis van de intuïtie van de medewerker benadrukt om een situatie of vraagstuk anders te bekijken. Schön geeft volgens Eraut eerder invulling aan professionele cre- ativiteit, dan aan de betekenis van kennis in het licht van professionaliteit in het al- gemeen.
Schön is not primarily concerned with describing the general, unproblematic aspects of pro- fessional work but with searching out examples of professional work which demonstrate art- istry and thereby most clearly refute the technical rationality model. Hence he is principally concerned with developing an epistemology of professional creativity rather than a complete epistemology of everyday professional practice. The evidence he cites consists almost en- tirely of critical cases or incidents which illustrate professional creativity in design, problem- solving of problem-setting; and he places considerable emphasis on professionals' intuitive capacity to reconceptualize a situation of reframe a problem. There is no comparable search for counterexamples. (Eraut, 1994 p. 143)
Net als Cheetham en Chivers stelt ook Eraut dat dit niet uitsluit dat er ook andere manieren zijn om met deze situaties en vraagstukken om te gaan. Hij werkt dat uit in een model, dat zich niet alleen richt op het vinden van een oplossing voor een pro- bleem of vraagstuk, maar ook beschrijft wat professionals daarnaast nog meer moeten
23























































































   21   22   23   24   25