Page 317 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 317

                                geregeld voor grote overstromingen. Een voordeel was dat hierdoor zeer geregeld sliblaagjes op de aangrenzende hooi- en weilanden werden afgezet. Zulke wintervloeden waren zeer gunstig voor de bodemvruchtbaarheid en zorgden bovendien voor een vroegere grasgroei in het voorjaar vanwege de als gevolg van overstromingswater minder koude bodems. Tegelijkertijd belemmerden de overstromingen de bereikbaarheid van de groenlanden sterk. Tijdens hevige regenval overstroomde bovendien ook in de zomer het land geregeld, een calamiteit die vaak desastreuze gevolgen had voor de hooioogst ter plekke.141
Figuur 5.12: Overzicht van de waterlopen in Zuidwest-Twente in de periode 1850-1900, gereconstrueerd aan de hand van de Topografisch-militaire Kaart 1850.
Hieronder onderzoeken we welke waterlopen in het middeleeuwse kastelenlandschap van Goor en Diepenheim stroomden, wanneer deze zijn ontstaan, welke invloed de aanleg heeft gehad op de cultuurlandschapsontwikkeling en welke relatie deze waterlopen hadden met de kastelen ter plekke. Vanwege de ingrijpende gevolgen die de aanleg van de Schipbeek in 1399/1402 heeft gehad op de regionale waterhuishouding, wordt hieronder eerst de waterhuishouding vóór de aanleg van deze beek besproken en vervolgens de situatie tijdens en na de aanleg van de Schipbeek.
De waterhuishouding vóór de aanleg van de Schipbeek
De eerste vermelding van een gegraven waterloop in de buurt van Goor en Diepenheim is afkomstig uit de Diepenheimse Kroniek van omstreeks 1340.142 ‘...und is doe ter tijdt een
141 Schutten 1981: 13-15.
142 Jongbloed 2014: 41.
Het kastelenlandschap van Zuidwest-Twente
 5
 315
 
























































































   315   316   317   318   319