Page 234 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout

Hoofdstuk 4
zandige vulling. De bovenzijde van de sporen bestaat uit vullingen met een grijsbruine kleur die waarschijnlijk in verband staat met het uitgraven van de palen: hierin mogen we vermoedelijk een latere bewonings- of bebouwingsfase zien. Het is onduidelijk hoe de palen zich verhouden ten opzichte van het stenen gebouw. Wanneer de palen gelijktijdig hebben bestaan kunnen zij onderdeel hebben uitgemaakt van een houten constructie binnen het stenen gebouw. Indien de sporen ouder zijn kijken we mogelijk naar een tweede houtbouwfase vóór de steenbouwfase.
Figuur 4.14: Ophogingslaag van geelwit dekzand in het noordoostprofiel met aan de basis brokken van het natuurlijke bodemprofiel.
Holwerda heeft in 1916 de verticale opbouw van de 2 meter hoge binnenwal van de hoofdburcht gedocumenteerd. In de in 2016 aangelegde profielen konden zijn waarnemingen opnieuw worden gecontroleerd. Deze blijken behoorlijk accuraat te zijn.61 De wal is aangelegd op de natuurlijke ondergrond vóór de ophoging van het binnenterrein. De walkern is ongeveer 8 meter breed, tussen de 0,8 en 1,2 meter hoog en bestaat uit een pakket donkerbruin, sterk humeus zand met brokken oer en brokken oranje en geel bodemmateriaal. Dit humeuze materiaal is qua kleur en samenstelling vrijwel identiek aan de top van het natuurlijke
61 Holwerda 1916: 5-7; Scholte Lubberink et al. 2018: 75. 232