Page 254 - Breeding and regulatory opportunities, Renaud
P. 254










In het geval de VS, verwachten de beleidsambtenaren dat de niet- 

gouvernementele actoren zelf de sector zullen organiseren om te voldoen aan 

biologische zaadregelgeving. Zelforganisatie is slechts gedeeltelijk bereikt, en 


de ontwikkeling van de sector verloopt te traag om optimale groei van een 

biologische zaadmarkt te ondersteunen. Terwijl andere biologische externe 

hulpbronnen strikt worden gereguleerd (bijvoorbeeld compost, mest), 

wordt zaad schijnbaar niet door de regelgevende instanties erkend als een 

belangrijke input. Tegelijkertijd leidt de huidige situatie rond de Amerikaanse 


regelgeving tot risico’s van schenden van de integriteit van de biologische 

sector. De onduidelijkheid rond interpretatie van de regelgeving draagt bij 

aan mogelijke overtredingen op het gebruik van niet-aanvaardbare zaden 

en zaadbehandelingen, en bestendigt inconsistentie bij de interpretatie 

en handhaving van de zaadregelgeving. Het is (tot nu toe) niet gelukt om 


een gelijk speelveld tussen belanghebbenden te creëren. De biologische 

zaadregelgeving heeft onder de diverse belanghebbende groepen niet de 

bezorgdheid kunnen wegnemen dat strikte handhaving zal leiden tot een 

beperking van het rassenassortiment (genetische diversiteit en keuzevrijheid 

van boeren), tot verhoging van telerskosten en tot het vragen van zaadbedrijven 


te investeren in een markt die zij beschouwen als relatief klein of waarvoor zij 

niet de kennis of middelen hebben om die te ondersteunen (met betrekking 

tot de zaadproductie of veredeling). Desalniettemin, hebben de dynamische 

relaties die zich ontwikkeld hebben in de verschillende ontstane netwerken in 


reactie op de zaadvoorschriften bijgedragen aan het uitrolproces rond beleid 

van de regelgeving. Ondanks de onduidelijkheid in de regelgeving ontwikkelt 

de zaadsector zich, en is een breder rassenassortiment en groter aanbod van 

kwalitatief beter zaad beschikbaar gekomen.




Hoofdstuk 3 vergelijkt de ontwikkeling van de biologische zaadregelgeving in 

de VS, de Europese Unie (EU) en Mexico als voorbeelden hoe de uitdagingen 

in de wereldwijde handel in landbouwproducten worden aangepakt. Ook 

deze studie werd uitgevoerd tussen 2007 en 2013. Het belicht hoe de groei 

van de biologische sector wordt belemmerd door onevenwichtigheden in de 


regelgeving en onverenigbare situaties in het handelsverkeer die voortvloeien 

uit uiteenlopende belangen van partijen door de hele waardeketen van 

biologische zaaizaad heen, en het variërende vermogen voor zelf-organiserende 

bestuur van de zaadsector in relatie tot de regulerende rol van de overheid.






236




   252   253   254   255   256