Page 187 - Human Bile Acid Metabolism: a Postprandial Perspective
P. 187
Hoofdstuk 2 (Sonne et al., 2016)
In dit hoofdstuk onderzoeken we het effect van type 2 diabetes mellitus op postprandiale galzout- en FGF19-spiegels in het plasma. We vergelijken hiervoor postprandiale spiegels van de 12 belangrijkste galzoutsoorten en FGF19 tussen 15 patiënten met goed-gereguleerde type 2 diabetes mellitus, en 15 leeftijd-, geslacht- en BMI-gematchte gezonde proefpersonen. Er werden 4 verschillende vloeibare maaltijden getest, die elk evenveel calorieën bevatten, maar verschilden in samenstelling van macronutriënten. Patiënten met type 2 diabetes hadden iets hogere galzoutspiegels in de gevaste toestand, en hun galzoutpiek na de maaltijd was hoger. Voor beide groepen gold dat de galzoutpiek hoger werd met een toenemende vethoudendheid van de maaltijd. FGF19-spiegels stegen met de galzouten mee, maar verschilden niet significant tussen de groepen.
Hoofdstuk 3 (Eggink et al., 2018)
Galzouten spelen een belangrijke rol in vetopname en hebben mogelijk een endocriene functie in verschillende organen, zoals darm-, lever-, spier- en bruin vetweefsel. We weten dat galzoutspiegels in zowel de portale circulatie als perifeer plasma stijgen na de maaltijd, maar de exacte kinetiek van deze compartimenten is nooit in detail beschreven. We gebruikten een varkensmodel om postprandiale stromen van individuele galzoutsoorten over verschillende lichaamscompartimenten te beschrijven. Hiervoor brachten we in elf gezonde varkens intravasculaire catheters in, en dienden ze een gestandaardiseerde maaltijd toe. In de postprandiale periode maten we in verschillende compartimenten insuline, glucose, galzouten en para-aminohippuurzuur om de stromen over de verschillende compartimenten te berekenen. Om dit met mensen te proberen te vergelijken verkregen we peroperatief portaal en perifeer plasma van obese patiënten zonder diabetes die een gastric bypass ondergingen.
Het grootste deel van de galzouten buiten het portale systeem bestond uit glycine- geconjugeerde vormen van de primaire galzouten cholaat en chenodeoxycholaat. De lever klaarde geconjugeerde galzouten efficienter dan ongeconjugeerde galzouten. We berekenden uit eerder gepubliceerde gegevens over de affiniteit van verschillende galzout-subtypes voor TGR5 een index voor potentiele TGR5- activatie. Die index was in portaal bloed ongeveer 5-10 keer hoger dan in perifeer bloed. Opvallend was dat het tijdsbeloop en de intensiteit van postprandiale galzoutpieken sterk verschilde tussen individuen.
Appendix
11 185