Page 52 - kennis en praktijk in de gehandicaptenzorg
P. 52

van is. Bij alle cliënten geven medewerkers aan op de een of andere manier moeite te hebben om hen een passende begeleiding te bieden.
Op basis van de informatie uit de observaties ben ik nagegaan wat de kenmerken van situaties zijn waarin deze handelingsverlegenheid bij medewerkers blijkt. Daarin ko- men drie factoren naar voren, namelijk het gedrag van de cliënt, de manier waarop medewerkers de situatie beleven, en omgevingsfactoren. Deze factoren hangen nauw met elkaar samen. Het gedrag van de cliënt wordt beïnvloed door hoe medewerkers dat beleven en vice versa. Hetzelfde geldt voor de omgevingsfactoren en de beleving van medewerkers.
Gedrag van de cliënt
Als het gaat om het gedrag van de cliënt, ervaren medewerkers vaak handelingsverle- 3 genheid als zij er niet in slagen bij de cliënt een bepaald doel te realiseren dat zij voor
hem of haar wensen. Bijvoorbeeld Anando die niet meer naar buiten wil. Ook bij Mehri
geven medewerkers aan dat zij verlegenheid ervaren in het vinden van een manier om
haar te ondersteunen nu haar lichamelijke conditie steeds minder wordt.
"We denken dat Mehri in haar hoofd nog erg goed is, maar haar lichaam werkt niet meer mee. Haar conditie vermindert en ze gaat steeds verder achteruit. We merken dat we steeds min- der activiteiten kunnen aanbieden, laat staan uitbreiden."
Dit voorbeeld laat zien dat handelingsverlegenheid nog niet hoeft te betekenen, dat medewerkers helemaal niet meer weten te handelen. Hoewel de medewerkers moeite hebben met het feit dat ze Mehri minder kunnen bieden dan dat ze zouden wensen, blijven ze zoeken naar mogelijkheden.
Bij andere cliënten is dat soms anders. Een medewerker die betrokken is bij de bege- leiding van Carly, erkent dat ze het soms opgeeft haar te helpen.
"Ik weet het soms niet meer hoor, je probeert te begrenzen, maar het lijkt een bodemloze put."
In veel gevallen waar medewerkers aangeven moeite te hebben met het gedrag van een cliënt, is er sprake van verzet of weerstand van de cliënt tegen de bedoeling van de medewerkers.
"Het is een continue worsteling tussen ons en Lisette. Lisette wil graag autonoom zijn. Wij zien dat dit soms tegenstrijdig is met de beheersing van haar vaardigheden. Lisette wil zelf beslissingen maken. Ze staat daarbij niet altijd open voor ons advies en laat zich lastig corri- geren."
"Lola vindt dat ze hier niet past, ze wil met jongere mensen wonen, maar bij jongeren is ze niet assertief. Ze is niet weerbaar. Het is een kwetsbaar meisje van 26 jaar. Ik gun het haar wel om te kunnen verhuizen, maar je weet dat ze dat niet aankan en als ze zichzelf dan te- genkomt, wil ze weg en vindt ze het niet leuk daar."
Beleving door medewerker
Naast het concrete gedrag van een cliënt speelt ook de beleving die een medewerker heeft van een situatie, een belangrijke rol in het ervaren van handelingsverlegenheid.
53


















































































   50   51   52   53   54