Page 688 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 688
Bijlagen
Kasteel Diepenheim
Inhoud
Bisschop Floris van Wevelinkhoven verklaart dat hij ter voorkoming van verdere schade voor Salland de pandsom van kasteel en heerlijkheid Diepenheim, die door zijn voorgangers waren verpand aan de heer van Brederode, wil inlossen. De bisschop is echter niet in staat om uit de bisschoppelijke renten het pand in te lossen. Daarom betalen de drie Sallandse hoofdsteden de pandlossing onder bepaalde voorwaarden:
(1) van de 2500 oude schilden worden 3⁄4 betaald uit de eerstvolgende Twentse bede en vervolgens uit de boeten die zijn uitgedeeld in de heerlijkheid Diepenheim [ZR I 173 spreekt van 2/3!]
(2) het huis en de heerlijkheid Diepenheim dienen als onderpand voor de steden
(3) de kastelein moet een eed afleggen voor de drie steden om te beloven dat hij het huis en de heerlijkheid voor het Sticht en de drie steden zal bewaren
(4) de bisschop zal geen ambtman of kastelein benoemen zonder instemming van de drie steden
(5) de ambtman of kastelein mag het huis Diepenheim bij overlijden, overplaatsing of gevangenneming van de bisschop aan niemand overdragen alvorens de opvolgende bisschop te Deventer, Kampen en Zwolle ontvangen zal zijn en daar soortgelijke akten als deze met betrekking op het huis Diepenheim zal hebben uitgevaardigd.
Godiken van Sconebeke verklaart dat hij van de drie Sallandse hoofdsteden en bisschop Floris van Wevelinkhoven het huis, stad, ambt en heerlijkheid in beheer heeft gekregen totdat de 1050 oude schilden, waarmee het voornoemde is belast, zijn afbetaald.
Bisschop Floris van Wevelinkhoven stelt met raad van de drie Sallandse hoofdsteden Wolter Macharijsz. aan tot ambtman van Salland en kastelein van het nederste huis ten Arkelstein om dat met twaalf goede met lansen gewapende mannen te bewaren, die ieder voorzien moeten zijn van twee paarden.
Het verdrag kent tien voorwaarden. Voorwaarde 10 houdt in dat Wolter pas uit zijn ambt ontzet mag worden wanneer het geld, dat hij de bisschop heeft voorgeschoten i.v.m. de betaling van de vorige ambtman Jacob van Apeldoorn, heeft terugbetaald.
Bisschop Floris van Wevelinkhoven belooft aan de drie Sallandse hoofdsteden om Arkelstein weer onder zijn macht te brengen en een kastelein afkomstig uit één van de drie hoofdsteden te benoemen, die daarvoor een vaste jaarlijkse bezoldiging zal genieten.
Datering
11-12-1380
zie ook 20-03-1382 (ZR I nr. 197)
Bron
ZR I nrs.172, 173, 197.
686
Diepenheim
Arkelstein
30-03-1381
03-09-1381
ZR I nr. 177.
ZR I nrs.
Arkelstein
185, 198. zie ook
23-03-1382 (ZR I nr. 198)
07-11-1381
RHA nr. 101 ZR I nr. 188.