Page 445 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 445

                                verzoend, maar tijdens de Slag bij Ane verloren zij hun leven aan de zijde van hun heer.162 Gevers en Mensema hebben erop gewezen dat de mannelijke edelvrije lijn Van Buckhorst hiermee mogelijk is uitgestorven. De ministeriaal Gijsbert van Buckhorst, die vanaf 1230 voorkomt in historische bronnen, trouwde volgens Gevers en Mensema met een dochter Van Buckhorst en ontleende zijn naam aan dit huwelijk. Gijsbert is waarschijnlijk afkomstig uit de ministeriale stand waardoor de familie Van Buckhorst de status van ministeriaal in plaats van edelvrij kreeg.163
Buckhorst moet een groot kasteel zijn geweest van militaire betekenis, want het werd beschermd door borgmannen. Behalve de vermelding van Beke blijkt namelijk uit een in 1433 uitgevaardigde oorkonde dat heer Johan van Buckhorst zijn neef Jan Blankenvoret met de in Wilsum gelegen goederen heeft beleend, die daarvoor toebehoorden aan Dirck van den Zonnenberghe. Deze goederen waren, aldus het charter, een borgleen van kasteel Buckhorst.164 Dit is de enige bekende vermelding van zo’n borgleen van Buckhorst. Mogelijk was het borgmannensysteem in 1433 al niet meer actief in gebruik, maar gebruikte men de toevoeging ‘borgleen’ als rudiment van een eerdere periode. In 1277 worden twee kasteleins van Buckhorst vermeld: Wilhelmus en Gerardus.165
De bisschop en de Sallandse hoofdsteden hebben de militaire betekenis van Buckhorst aan het einde van de veertiende eeuw teruggedrongen, want in 1391 legde de eigenaar, Johan van Buckhorst, schriftelijk vast dat kasteel Buckhorst geen of beperkte militair-functionele verdedigingsarchitectuur mocht hebben. Johan beloofde dat hij en zijn nakomelingen het huis Buckhorst, dat hij aan het bouwen was en waarvan de vorm was toegestaan, niet zou versterken zonder toestemming van de bisschop en de drie Sallandse hoofdsteden. Ook zouden hij en zijn opvolgers nooit vanuit zijn huis het bisdom of de bisschop schade toebrengen.166 Deze akte werd door zijn nakomelingen herhaald.167
Campherbeek
Ten noordoosten van de stad Zwolle, in de buurschap Berkum, lag in de late middeleeuwen het huis Campherbeek op een dekzandrug. Ongeveer 300 meter ten zuiden van dit huis lag een doorgaande weg en op ongeveer 600 meter ten oosten ervan stroomde de Vecht. Tegenwoordig is het hele terrein overbouwd en herinnert niets meer aan Campherbeek.
Geografische coördinaten: X 206.040 / Y 504.060 Provincie: Overijssel
Gemeente: Zwolle
Toponiem: Campherbeek
Datering: vóór 1595-1783
Oudst bekende functie: mogelijk kasteel leenman
Archeologie: Op het terrein zijn in 1962 enkele losse vondsten aangetroffen van keramiek en bakstenen uit vermoedelijk de late middeleeuwen.168 C Bouwgeschiedenis: -
Iconografie:
Volgens Gevers en Mensema was Campherbeek een omgrachte edelmanswoning met
een middeleeuwse kern, die in de zestiende eeuw was opgenomen in nieuwbouw.169 Deze veronderstelling baseren zij op een tekening uit 1729 van Cornelis Pronk waarop een toren
te zien is. Op de betreffende tekening zijn mijns inziens geen overtuigende middeleeuwse gebouwsporen zichtbaar, hoewel de polygonale toren in theorie wel een hoge ouderdom
zou kunnen hebben.
162 Roolfs et al. 2011: 58-59.
163 Gevers & Mensema 1983: 403.
164 Schaap 1981b: 235.
165 OSU IV nr. 1953.
166 RHA 121; ZR I 333.
167 Zie bijlage 3.5 voor een opsomming van deze verdragen van de nakomelingen van Johan.
168 ARCHIS wng nr. 12925.
169 Gevers & Mensema 1983: 416-418.
Catalogus
 443
 








































































   443   444   445   446   447