Page 222 - Peri-implant health: the effect of implant design and surgical procedure on bone and soft tissue stability

CHAPTER 9
In Hoofdstuk 7 (Studie V) wordt het effect van de implantaathals (microthreaded versus niet-microthreaded) en het type verbinding (inwendig conisch versus uitwendig plat-op-plat) op de botstabiliteit en gezondheid van de zachte weefsels rondom het implantaat besproken. Volgens de literatuur wordt botverlies rondom het implantaat geminimaliseerd door implantaten met een microthreaded halsontwerp en een interne abutmentverbinding. Hierbij moet echter worden opgemerkt dat veel klinische onderzoeken een vertekend beeld geven door de aanwezigheid van zogenoemde ‘confounding factors’ in de onderzoeksopzet.
Vijfentwintig patiënten met de zorgvraag voor een implantaatgedragen overkappingsprothese in de bovenkaak werden geïncludeerd in Study V. Elke patiënt kreeg vier verschillende implantaattypes: één implantaat met een interne verbinding met microthreads (I MT), één met een interne verbinding zonder microthreads (I NMT), één met een externe verbinding met microthreads (E MT) en één met een externe verbinding zonder microthreads (E NMT). Andere ontwerpkenmerken, evenals het chirurgische en prothetische protocol, waren gelijk, om de kans op ‘confounding factors’ te minimaliseren.
Na ten minste 36 maanden was het overlevingspercentage 96%. Er werd geconcludeerd dat het type implantaat-abutmentverbinding (intern versus extern) en het ontwerp van de implantaathals (microthreaded versus niet-microthreaded) geen klinisch effect heeft op de initiële botremodellering en de botstabiliteit rondom het implantaat na de initiële botremodellering. Bovendien had het implantaatontwerp ook geen klinisch effect op de gezondheidsparameters rondom het implantaat, mits de implantaten worden geïnstalleerd met inachtneming van de initiële dikte van het zachte weefsel.
Hoofdstuk 8 is de algemene discussie en bevat aanbevelingen voor de praktijk en toekomstig onderzoek. Daarnaast benadrukt het de maatschappelijke relevantie van het ondernomen wetenschappelijke werk in combinatie met een persoonlijke reflectie op het uitvoeren van onderzoek. Dit proefschrift concludeert dat:
1. In de literatuur worden verschillende definities van peri-implantitis gebruikt en de rapportage van biologische parameters is vaak onvolledig. Consistente rapportage van peri-implantitis is zowel voor weten- schappelijke doeleinden als voor de klinische praktijk vereist.
220