Page 154 - kennis en praktijk in de gehandicaptenzorg
P. 154
volledig en definitief op basis van wetenschappelijke kennis kunnen worden verklaard en voorspeld. In plaats daarvan heb ik ervoor gekozen om samen met medewerkers de betekenis van de bevindingen voor de praktijk te beproeven door wetenschappelijke kennis te verbinden met hun en mijn persoonlijke ervaringen en gedachten. Daarvoor heb ik de bevindingen uit de voorgaande studies gedeeld met medewerkers en met hen van gedachten gewisseld over de betekenis daarvan voor de praktijk, waarin zowel zij als ik werkzaam zijn. Uit hun reactie en de manier waarop ze dit in- vulling hebben gegeven in hun persoonlijke opgaven, komt naar voren dat zij zich hierdoor aangesproken voelen. Zij werden in de woorden van Nap (2012) belang-stel- lend. Vervolgens heb ik samen met de deelnemers door het delen van ervaringen en gedachten verder invulling gegeven aan de betekenis van het samenspel tussen kennis met een kleine en een grote k voor het omgaan met handelingsverlegenheid.
De studie laat zo zien dat het perspectief van het samenspel tussen kennis met een grote en een kleine k medewerkers kan helpen om zich daarvan bewust te worden en aan kan moedigen het initiatief te nemen wanneer de interactie tussen hen en een ander – of in zichzelf – vastloopt en zij daardoor zich belemmerd voelen cliënten de ondersteuning te bieden die deze nodig hebben. Zoals ik in hoofdstuk 2 aan de hand van Hosking en Pluut (2010) heb aangegeven, kunnen de bevindingen aldus gezien worden als een sociale erkenning en begunstiging van de kwaliteit en aannemelijkheid van de betekenis die het samenspel kan hebben voor het omgaan met handelingsver- legenheid.
Proeve
De opzet van de studie kan in het verlengde daarvan gezien worden als een proeve van een mogelijke manier om de bevindingen uit de voorgaande studies te gebruiken om medewerkers te helpen om met handelingsverlegenheid om te gaan. Tegelijkertijd le- vert de studie ook nieuwe inzichten op. Zo komt in deze studie naar voren dat wanneer Kennis met een grote K wordt geïmplementeerd, dit op gespannen voet kan staan met patronen in het denken van medewerkers, waaronder de manier waarop ze naar zich- zelf en anderen kijken. Dat kan ertoe leiden dat ze deze kennis naast zich neerleggen of klakkeloos toepassen zonder deze zich eigen te maken. Als zich dat voordoet, kun- nen enerzijds medewerkers en anderzijds de mensen die de kennis hebben ontwikkeld, aanbieden of het besluit hebben genomen om de kennis toe te passen, tegenover elkaar komen te staan, waarbij de een zich boven de ander stelt of juist een ondergeschikte positie inneemt.
In dat geval is een derde positie nodig, die de betrokkenen de ruimte biedt voor een bezinning op wat hen belemmert om tegemoet te komen aan het beroep dat ze op el- kaar doen. Het initiatief om tot een derde positie te komen, kan door iedereen worden genomen: door medewerkers zelf, degene die de kennis aanbiedt of ontwikkeld heeft, de leiding van de organisatie die wil dat de kennis wordt toegepast of iemand zoals ik die tussen de partijen staat. Het nemen van een initiatief vergt van iemand dat deze zich kwetsbaar opstelt, zonder dat hij of zij er zeker van kan zijn dat de andere betrok-
156