Page 35 - Minder Boos en Opstandig - Revised
P. 35

WAT IS GEDRAG?
* Onder gedrag verstaan we alles wat iemand doet.
* Er zijn twee soorten gedrag:
1. automatisch gedrag (bijvoorbeeld knipperen met de ogen bij fel licht).
2. aangeleerd gedrag (bijvoorbeeld schelden), het gedrag dat het gevolg is van leerprocessen.
Dit type gedrag kan niet alleen aangeleerd, maar ook afgeleerd worden. Dit is dan ook het soort gedrag waar we ons als opvoeders op (gaan) richten.
De komende tijd gaan we kijken naar het gedrag van uw kind. Dit gedrag staat niet op zichzelf maar vindt altijd plaats in een bepaalde situatie. In een schema ziet het er als volgt uit.
Het gedrag wordt gezien in de volgende reeks:
VOOR - GEDRAG - NA A= Antecedent =
B= Behavior =
C= Consequentie =
VOOR = GEDRAG = NA =
wat er aan vooraf gaat
het gedrag dat het kind vertoont wat er op volgt
   Ter verduidelijking het volgende voorbeeld:
- Mees is aan het lezen en krijgt van moeder de opdracht om de tafel te dekken: “Mees, dek even de tafel
alsjeblieft.” (VOOR)
- Mees dekt de tafel (GEDRAG)
- Moeder geeft Mees een complimentje: “Fijn, dat je de tafel hebt gedekt, dan kunnen we eten.” (NA)
GRONDREGELS VAN GEDRAG:
- Gedrag wordt mede bepaald door de situatie waarin de persoon zich op dat moment bevindt. Daarbij hoort ook het appèl dat door andere mensen op jou als persoon wordt gedaan. Maar ook door, hoe je dingen zegt tegen het kind, manier waarop je een opdracht geeft.
- De manier waarop we naar onszelf kijken (de mate van zelfvertrouwen, ons zelfbeeld) bepaalt ook ons gedrag.
- Gedrag wordt ook bepaald door modellen (bijvoorbeeld ouders, vrienden/vriendinnen) in de omgeving (model-leren).
- Gedrag wordt mede in stand gehouden door datgene wat volgt op het gedrag: positieve gevolgen en negatieve gevolgen maken dat we ons op een bepaalde manier gaan gedragen.
Samenvatting oudertraining bijeenkomst 2 – groep
samenvattingen | 33









































































   33   34   35   36   37