Page 530 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 530
Datering: ?
Oudst bekende functie: onbekend
Archeologie: Ramele staat op het kadastrale minuutplan van 1832 aangegeven als een terrein dat één burchteiland heeft waaromheen drie concentrische grachten liggen. De binnenste gracht is breder dan de buitenste twee grachten. Aan de noordoostzijde zijn twee haakse rechte grachten te zien die in verbinding staan met een weg. Mogelijk omsluiten deze een toegangsweg naar de burcht of zijn ze het restant van een landweer. Tijdens een kleine boorcampagne hebben archeologen vastgesteld dat deze grachten inderdaad ter plekke hebben gelegen. De buitenste twee grachten hebben een maximale breedte van 6 meter en de binnenste gracht heeft een breedte tussen de 6 en de 10 meter. Het binnenterrein was verhoogd, maar de oorspronkelijk hoogte kon niet meer worden vastgesteld. De onderzoekers hebben geconstateerd dat tussen de grachten wallen hebben gelegen.620 Bouwgeschiedenis: -
Iconografie: -
Geschiedenis: Er zijn geen geschreven bronnen bekend waarin het terrein of kasteel worden genoemd. Het toponiem Spiekerbelt pleit voor een functie als spieker, maar het stelsel met meervoudige wallen en grachten is militair-functioneel en hoort dus eerder bij een kasteel. Van Doesburg et al. vermoeden dat het terrein mogelijk verbonden is aan de ridders van Ramele die in twaalfde- en dertiende-eeuwse bronnen worden vermeld.621
Rechteren
In het voormalige schoutambt Dalfsen in de buurschap Rechteren ligt één van de meest imposantste nog bestaande adellijke huizen van het Oversticht, namelijk kasteel Rechteren. Het is ook één van de weinige Overstichtse kastelen waarvan nog middeleeuwse bouwdelen boven de grond zichtbaar zijn. Kasteel Rechteren is gebouwd op de grens van een dekzandrug en het dal van de rivier de Vecht, die ongeveer 800 meter ten noorden van het huis stroomde. Op ongeveer 100 meter van het huis lag een doorgaande weg.
Figuur 1 Rechteren: Uitsnede van de kadastrale minuut, vervaardigd tussen 1811 en 1832. Gemeente Dalfsen, sectie E, blad 7.
620 Van Doesburg et al. 2009: 24-25.
621 Van Doesburg et al. 2009: 23.
528