Page 586 - Het middeleeuwse kastelenlandschap van het Oversticht - Diana Spiekhout
P. 586

                                Het meeste vondstmateriaal is afkomstig uit de grachten. Deze waren ingegraven tot in het dekzand. Ten tijde van het bestaan van het kasteel lag op dit zandpakket geƫrodeerd hoogveen. In de grachten hebben de archeologen vooral bouwmateriaal gevonden, namelijk stukken baksteen, resten van dakpannen, hout, keien en mogelijk huttenleem. De binnenste gracht had een breedte tussen de 10 en 13 meter en was, ten opzichte van het maaiveld, 90 centimeter diep. Hierin lag het meeste vondstmateriaal. De middelste gracht was aanzienlijk minder breed, namelijk tussen de 6 en 4 meter. Deze had een diepte tussen de 60 en 70 centimeter en bevatte slechts weinig vondstmateriaal. Voor de buitenste gracht hebben de opgravers een breedte van 6,5 meter vastgesteld. Deze was slechts 50 centimeter diep en bevatte nog minder vondstmateriaal dan de tweede gracht. 899
Morfologisch gezien vertoont Wolfsbarge zeer veel overeenkomsten met het Bolwerk bij Noordlaren. Het valt aan te nemen dat beide kastelen door dezelfde bouwheer en met hetzelfde doel zijn aangelegd in dezelfde periode. Wolfsbarge zou goed passen binnen de kastelenpolitiek van Frederik van Blankenheim in de Utrechts-Groningse oorlog. Specifieker daterend onderzoek zou hier uitsluitsel over moeten geven.900
Bouwgeschiedenis: - Iconografie: - Geschiedenis: -
Yperenberg
In de stadslandweer van de stad Deventer, gelegen rondom de stadsweide de Mars, lag in de vijftiende eeuw de Yperenberg net binnen de stadsvrijheid. Het verdedigingswerk was gebouwd op de grens van een meanderrug en een geul van een meanderend afwateringsstelsel.
Figuur 1 Yperenberg: Uitsnede van het kadastrale minuutplan, vervaardigd tussen 1811-1832.
899 Groenendijk 1987: 177-181.
900 Spiekhout 2016b: 42.
584
  

























































































   584   585   586   587   588