Page 34 - Minder Boos en Opstandig - Revised
P. 34

SAMENVATTING OUDERTRAINING BIJEENKOMST 2
We gaan in de oudertraining aan de slag met een aantal praktische vaardigheden, die belangrijk zijn voor alle ouders en kinderen, maar waarvan wij denken dat u als ouder van een kind met gedragsproblemen extra gebruik kan maken.
Het programma bestaat globaal uit de volgende onderdelen:
0. Fundering: Warmte en positief zijn
1. Basisstructuur: Waarnemen, Orde/Regelmaat, Huisregels, Consequent zijn 2. Herbenoemen, Opdrachten geven, en Prijzen en belonen
3. Negeren en Time Out
4. Leuke dingen wegnemen
De fundering is de basis van een relatie met je kind en is het grondbeginsel van alle onderdelen die er bovenop staan. Door een warme en positieve relatie met je kind te hebben, worden sommige problemen minder en worden andere problemen makkelijker aan te pakken. Deze fundering komt o.a. aan bod bij het onderwerp positief gezinsklimaat en stresshantering maar het is ook belangrijk dat u zich hiervan bewust bent o.a. door uw kennis over gedragsproblemen (denk aan bijeenkomst 1).
Op de laag daarboven staat ‘gedrag waarnemen’, ‘orde/regelmaat’, ‘huisregels’ en ‘consequent zijn’. Het is belangrijk om goed te kijken naar wat uw kind nu precies aan gedrag laat zien: wat gaat er goed en wat (nog) niet? Hierbij gaat het om zo objectief mogelijk gedrag waar te nemen. We zijn vaak geneigd om te zeggen ‘Peter is lastig’, maar wat is dat dan? Vraagt Peter 10 keer om snoep, schopt hij zijn zus of schreeuwt hij vijf minuten?
Tevens komt hier de basale structuur aanbod in de vorm van ‘orde/regelmaat’ en ‘huisregels’ in de vorm van verboden en verwachtingen. ‘Consequent zijn’ behoort ook tot de basale structuur.
De laag daarboven staat ‘herbenoemen’, ‘opdrachten geven’ en ‘prijzen en belonen’.
Hier komt bijvoorbeeld aan de orde hoe we een kind een opdracht kunnen geven met de beste kans van slagen? We kunnen wel een opdracht geven en dan daar veel bij vertellen en uitleggen, maar dan is het kind vaak al vergeten wat het moest doen. Ook geven we weleens een opdracht terwijl het kind net zit te lezen, waardoor de kans van slagen klein is.
‘Herbenoemen’ gaat over iets positief formuleren in plaats van zeggen wat je niet wilt. Bijvoorbeeld als uw kind hard schreeuwt, in plaats van te zeggen: Hou op met schreeuwen, nu zeggen: Praat rustig alsjeblieft. Ook wordt besproken hoe je door ‘prijzen en belonen’ gedrag op een positieve manier kan veranderen. Een voorbeeld van prijzen is dat u als ouder uw kind een complimentje geeft over iets wat het goed heeft gedaan. U kunt uw kind ook belonen door het bijvoorbeeld 15 minuten later naar bed te laten gaan. Complimenten geven (en ontvangen) is overigens niet zo makkelijk. Dit geldt zowel voor ouders als voor kinderen.
De bovenste twee lagen gaan over het omgaan met ongewenst gedrag. Hoe gebruiken we negatieve consequenties/straffen als ‘negeren’, ‘apart zetten’ en het ‘wegnemen van iets leuks’? Wat is het en wanneer pas je het toe?
In welke bijeenkomst wat wordt besproken en geoefend ziet u op het inhoudelijke overzicht.
Samenvatting oudertraining bijeenkomst 2 – groep
32 | oudercomponent – groep


















































































   32   33   34   35   36