Page 256 - Minder Boos en Opstandig - Revised
P. 256

HOE KUNT U VUURTJE STOKEN AANPAKKEN?
- Confronteer uw kind met hetgeen er gebeurd is. Nadat uw kind vuurtje heeft gestookt, kunt u uw kind op de volgende manier confronteren: “Ik weet dat je een vuurtje hebt gestookt, terwijl je weet dat dat niet mag. Je vindt met vuur spelen leuk maar een vuurtje stoken kan gevaarlijk zijn. Laten we eens kijken hoe we dit probleem kunnen oplossen.”
- Tracht te achterhalen wat de achterliggende reden is. Zoek met het kind uit op welke momenten hij ‘verleid’ wordt om met vuur te gaan spelen (bijvoorbeeld wanneer hij zich verveelt). Probeer met het kind tot een plan te komen, waarbij alternatief gedrag moet worden getoond in de desbetreffende situaties (bijvoorbeeld afleiding zoeken of melden bij ouders en samen een speelplan bedenken).
- Stel een negatief gevolg ofwel straf in wanneer het ongewenste gedrag zich toch voordoet, bijvoorbeeld door het kind de eventuele schade te laten vergoeden of door het ontnemen van leuke dingen.
- Voer eventueel met het kind zogenaamde ‘negatieve oefeningen’ uit. Hierbij laat u het kind, onder begeleiding van u als ouder, een half uur per dag lucifers afsteken, dit gedurende enkele dagen (of weken), net zolang totdat het spannende eraf is en het kind zijn interesse hierin verliest.
Daarnaast is het volgende belangrijk:
- Geef als ouder altijd het goede voorbeeld. Het zien spelen met kaarsen en kaarsvet, in de openhaard
of met lucifers door de ouders kan door een kind snel overgenomen worden. Laat aan het kind zien op welke manier er wel veilig met vuur kan worden omgegaan (hoe steek je veilig een kaars aan). Eventueel kan dit ook door het kind zelf geoefend worden, echter altijd onder begeleiding van de ouders.
- Geef voorlichting over vuur en veiligheid. Geef aan wat gevaarlijke situaties en voorwerpen zijn en hoe hiermee omgegaan moet worden.
- Stel eventueel een beloningssysteem in: belonen wanneer het kind het ongewenste gedrag gedurende een bepaalde periode niet heeft laten zien.
       Samenvatting oudertraining bijeenkomst 11 - individueel
254 | oudercomponent – individueel























































































   254   255   256   257   258